[:nl]Reisimpressie Elzas, september 2011 door Jan Veldman[:]

[:nl]Mes Éminences, Messieurs l’Embassadeurs de Kaefferkopf VandenBoorn, Vaessen et Willems et vos dames, beste overige buitenlui,

Zoals de aanhef al verraadt, was onze gang van het simpele, kaaskoppige Simpelveld naar de Hoge, Kaefferkopfige Elzas een vooral verwarrende reis.

Die verwarring ontstond door de aardverschuivende, ja, alchemistische omzetting van een ietwat boerenpummelige klasse van de twee laatstgenoemden – het is hard, ik weet het – in de gedistingeerde, adellijke statuur waartoe zij in een adembenemende kelderruimte werden geslagen;

de eerstgenoemde was daarin reeds langer opgenomen en derhalve van een superieure anciënniteit. Kortom, een proces dat harmonieert met de feestelijke gisting van druivensap in de edele Kaefferkopf-wijn, zo kenmerkend voor de streek in het najaar. Van laag naar hoog, maar ook van eenheid naar distinctie, en dat in slechts drie dagen tijd; nauwelijks te behappen.

Voor de buitenlui, waartoe ikzelf, nog een troostrijke gedachte: het betrof slechts een operetteachtige verandering aan de buitenkant. De ware, onzichtbare en onomkeerbare alchemistische transmutatie vindt natuurlijk van binnen plaats. Dat onderscheid dient te worden gemaakt, om niet onnozel slachtoffer te worden van het soort witte-boorden-criminaliteit, zo bekend in onze dagen.

Maar mooi en imposant was het, nietwaar?

Ja, lieve mensen, het was een Wein, Weib und Gesang-reis. Alle geneugten in een ideale najaarsambiance waren volop aanwezig. Wie nu niet heeft genoten, kán eenvoudig niet genieten, een sombere, maar, naar ik vrees, ware constatering.

Ook vocaal was het een geslaagde onderneming. De Elzas heeft op haar grondvesten staan schudden door het bronsgroeneiken-gekleurde kozakkengeluid dat de druiven tot versnelde rijping bracht. Ik voorspel u dat dit wijnjaar dan ook legendarisch wordt door een verrassende, nooit eerder genoten Wit-Russische afdronk! Aan de verklaring daarvan zullen de vinologen, die niet over dit schrijfwerkje beschikken, hun handen meer dan vol hebben.

Hoogtepunt van het vocale succes werd bereikt in Ammerschwihr, waar de toehoorders in een minutenlange ovatie om meer en nóg meer vroegen. De eerlijkheid gebiedt echter te zeggen dat zij ongeweten gedrogeerd waren. Dat hoogtepunt werd immers deels verkregen door een geniale, maar epo-achtige ingreep van de organisator(en). Want door het braaf zingende Chor d’Hommes 1862 de Riquewihr pal aan ons optreden te laten voorafgaan, ontstond een vocaal schokeffect dat aan ons Ex Corde-geluid de postclimax gaf dat tot de onontkoombare euforie leidde die ons ten deel viel. Het verdient dan ook aanbeveling te overwegen om het optreden van Cantus Ex Corde voortaan vooraf te doen gaan door het kuise, maagdelijke timbre van bij voorkeur een nonnenkoortje, ter verzekering van dat postclimax-effect, hetzelfde effect dat de sprinter geniet die zich eerst door een zgn., onnozele, onderbetaalde ‘haas’ laat aantrekken.
Het is maar een idee.

Ook voor mij was het een verrassende reis. Begon ik eraan als kostendekkende, vocaal geïnteresseerde reisgenoot, ik eindigde haar ongewild als tot nep-Rus getransformeerde kozakkenzanger. Wat een onverwacht genoegen. Ik zal mij dat en de samenzang met mijn kozakkenbroeders met plezier en in dankbaarheid heugen.

Met een cordiale groet van
Jan Veldman[:]

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *